Bericht

In gesprek met experts: Ruimtelijke kwaliteit

Geplaatst op 29 maart 2024, 13:08 uur
Illustration
profile picture
Robèrt Guérain

In een nieuwe blogreeks gaan Lennart Lalieu en Robèrt Guérain in gesprek met experts over de ontwikkeling van lokale energiesystemen. Ze horen hen uit over de kansen en randvoorwaarden voor succesvolle ontwikkeling. In deze blog schrijven ze over de lessen uit het interview met Miriam Ram, strategisch adviseur RO Energie en Klimaat bij de provincie Noord-Holland. 

Wat houdt een lokaal energiesysteem in?
In een lokaal energiesysteem zijn vraag en aanbod van energie samengebracht met als doel zoveel mogelijk energie lokaal te benutten, en de behoefte aan infrastructuur (regionaal en of landelijk) te beperken. Zo ontstaan op de juiste plek kansen voor het combineren van functies. Dat kan op elk niveau, landelijk, regionaal of in de wijk. Klein beginnen is goed om ervaring op te doen.

Aantrekkingskracht van infrastructuur
Het elektriciteitsnetwerk ontwikkelde zich altijd naar de vraag. Wanneer een bedrijf zich vestigde, woningen werden gebouwd of een bedrijf een grotere aansluiting wilde, paste de netbeheerder de infrastructuur aan. Bijna nooit was een aansluiting op het energiesysteem een beperkende factor. Nu het transportvermogen schaars is geworden, heeft infrastructuur en toegang tot het net een nieuwe waarde.Energie-infrastructuur wordt steeds meer sturend voor ruimtelijke ontwikkelingen in plaats van erop volgend.
Een interessant voorbeeld is Agriport in de Wieringermeerpolder, waar de vestiging van glastuinbouw en hyperscale datacenters leidde tot een constante en grote vraag naar elektriciteit. Het grote windturbinepark in de Wieringermeer is daarvoor niet voldoende. In het gebied is en wordt daarom het net stevig verzwaard. De toekomstige aanwezigheid van een groot hoogspanningsstation maakt het vervolgens een aantrekkelijke plek voor het aanlanden van grote hoeveelheden op zee geproduceerde duurzame elektriciteit. Dat maakt de locatie in de toekomst nog interessanter voor nieuwe functies die afhankelijk zijn van grote hoeveelheden energie. Onbedoeld leidde de vestiging van een grote energievrager tot infrastructuur, die op haar beurt nieuwe functies het gebied kan intrekken. Zo heeft energie net als andere infrastructurele opgaven een ordenend principe in zich. Dit vraagt een voortdurende afweging van ontwikkelingen op de korte en lange termijn.

Sturen op ruimtelijke kwaliteit: toekomstbestendig, functioneel en mooi
Energie-infrastructuur kan bedoelde of onbedoelde effecten teweegbrengen in een gebied. Veelal is dit niet het resultaat van een integrale afweging. De Wieringermeer is bijvoorbeeld relatief kwetsbaar voor overstromingen en dat zal door het veranderende klimaat verder toenemen. Langdurige vestiging van energievoorzieningen en nieuwe energie-vragende bedrijvigheid vraagt aanvullende maatregelen op het gebied van waterveiligheid. Ook is het van origine een agrarische gemeenschap met goede gronden voor voedselproductie. Een afweging waarin, naast energetische en economische belangen, ook het lange termijn perspectief vanuit bodem en water wordt meegenomen, wordt nu nog niet gemaakt. 
Het risico is dat we onbedoeld doorbouwen op keuzes uit het verleden en daarmee de lock-in vergroten. Of dat onbedoeld de identiteit van een gebied verandert door het aantrekken van nieuwe functies.
Hoe dan ook, de grote opgaven van de energietransitie beïnvloeden de schaarse ruimte in Nederland. Energie-infrastructuur en ruimtelijke ontwikkelingen vragen een samenhangende visie en aanpak. Dit betreft vragen zoals:

  • Wat is de identiteit van het gebied?
  • Welke andere opgaven spelen daar en waar liggen kansen voor het combineren van doelen? (en waar juist niet?)
  • Welke economieën willen we stimuleren, aantrekken of juist afbouwen?
  • Wat zijn dan toekomstbestendige plekken waar dit kan plaatsvinden?
  • Hoe kunnen we sturen op de gewenste ontwikkelingen in een gebied?

Leefbaarheid en ruimtelijke kwaliteit spelen daarin een belangrijke rol. Dit betreft wonen en energie, maar ook een plezierige woonomgeving, de nabijheid van voorzieningen, en bereikbaarheid. Wie niet zelf stuurt, wordt gestuurd.

De knoop en de plaats
Voor de actuele energievraagstukken kunnen we leren van infrastructuurtransities uit het verleden. Bijvoorbeeld de ontwikkeling van openbaar vervoersknooppunten op verschillende schalen (Transit-Oriented Development). Na de explosieve groei van het aantal personenauto’s in de jaren ’70 kwam er meer aandacht voor het  in samenhang ontwikkelen van openbaar vervoer (infrastructuur) en stationsomgevingen. Het vlindermodel dat tien jaar terug in Noord-Holland is ontwikkeld geeft inzicht in onderscheidende kenmerken van mobiliteit en ruimte (knoop en plaats) en de onderlinge samenhang. De kenmerken en ambities van een plek geven inzicht in de kansen voor nieuwe ontwikkelingen. Dit helpt decentrale overheden om  samenhangende beslissingen te nemen rondom OV- en wegeninfrastructuur, wonen, werken en voorzieningen.  
Een gelijksoortige manier van denken zouden we ook op het vlak van energie en ruimte kunnen gebruiken. Om zo tot een betere integrale afweging te komen tussen infrastructuur, economie en maatschappelijk belang. In navolging van een pilot in Zuid-Holland werkt Noord-Holland nu aan een ontwerpend onderzoek naar typering van en perspectieven voor energieknooppunten.

 

Deel dit: